DE MIDDELEEUWEN OLDAMBT EN DE CLEYNE HORTUS

Liederen, gedichten en verhalen

De Regenboog en de Kreeft

Fabels vormen een geheel eigen wereld, vooral een middeleeuwse wereld. Althans, dat wordt veel gezegd. Dat is ook wel zo, want deze verhalen waren sterk verbonden met de middeleeuwse tijdgeest. Maar ook in de Klassieke Oudheid waren fabels populair. Al omstreeks 550 vóór het begin van onze jaartelling schreef de Griekse dichter Aisopos fabels, waarin dieren met menselijke eigenschappen de hoofdrol spelen. Hij wordt beschouwd als de grondlegger van het genre. In de eerste eeuw na het begin van onze jaartelling schreef de Romeinse dichter Phaedrus ook veel fabels. Hij maakte de verhalen levendiger. Van hieruit ontwikkelde een en ander zich verder tijdens de Middeleeuwen. Tijdens de Late Middeleeuwen werden de fabels uitgebreid met verhalen uit India, China en Perzië. Deze verhalen uit verre landen kwamen in West Europa terecht via het Kalifaat van Cordoba, dat was gevestigd op het Iberisch Schiereiland tot 1492. Daarna ging de ontwikkeling gewoon verder. Bijvoorbeeld schreef omstreeks 1650 Jean de La Fontaine diens beroemde fabels.

De verhalen dienden ook tijdens de Middeleeuwen een onderrichtend doel, namelijk het bijbrengen van een moraal. En ook de christelijke kerk zette de natuur met alle dieren en planten graag in, om daarmee gods plan aan de mensen kenbaar te maken. In deze christelijke geloofswereld waren zelfs fabeldieren welkom, om daarmee iets moralistisch te kunnen zeggen.

Voor de middeleeuwse mens waren fabels zeer toegankelijk en geliefd, maar dat geldt denk ik voor alle tijden. De levenswijsheden, die in deze verhalen worden beschreven, zijn namelijk van alle volkeren, opgebouwd gedurende eeuwen. Dat geldt ook voor de moraal, die aan de orde is in de hiernavolgende fabel over onrecht en schande.












De Regenboog en de Kreeft

Het hemelteken Kreeft kwam met een boze intentie bij de Regenboog en zei: je bent wel heel stoutmoedig. Je verhindert mijn loop aan de hemel en die van de andere sterren. Als je niet snel weggaat krijg je van ons een pak slaag. De Regenboog zei: je bent niet verstandig, want ik wens jouw loop niet te belemmeren. Ik ben er overdag en jij ’s nachts. Je hebt niet goed nagedacht als je met mij wenst te vechten. Je zult een grote groep sterren achter je hebben staan, ik heb de wolken en de donder die tegen je zullen vechten. Het is verstandiger deze kwestie voor te leggen aan een rechter. En de rechter zei: jij verdorven kreeft. Wat jij wenst druist tegen alles in. Jij verschijnt ’s nachts en de Regenboog overdag. Het is dan ook onwaarschijnlijk dat de Regenboog jou wenst te hinderen. Mijn oordeel is dan ook, dat jij je nooit meer overdag mag laten zien. Je moet ook alle kosten betalen die hier zijn gemaakt. Hierop zei de Kreeft: als je een ander ten onrechte aanklaagt, word je zelf te schande gemaakt.


Bovenstaande beschrijvende tekst vindt haar basis in het boek tijdgeest in de middeleeuwen, met de ondertitel over (stille) communicatie, kleding en de ideale mens. Dat is het zevende boek uit de twaalfdelige serie vore ene maeltijt met smakelijcheit. Deze serie wordt door ons in 2024/2025 uitgegeven. Zie voor verdere informatie het hoofdstuk BOEKEN van deze website.


AFBEELDINGEN

1. Het wonder van Augsburg in 1547 van de twee regenbogen rondom de Zon, Het Boek van Wonderen van de Klassieke Oudheid tot de Renaissance, manuscript van omstreeks 1550, Heilige Roomse Rijk,
privébezit van Mickey Cartin